Financiering
De treasuryfunctie voert de taken financiering, cashmanagement en renterisicobeheer uit met als doel de organisatie te voorzien in de behoefte aan vreemd vermogen tegen zo laag mogelijke kosten en te beschermen tegen ongewenste financiële risico’s.
Beleidskader
Middelburg geeft uitvoering aan de treasuryfunctie binnen de normen van:
Wet financiering decentrale overheden (kasgeldlimiet en renterisicobeheer)
Treasury statuut van de gemeente middelburg
Rentevisie
Voor de uitvoering van het financieringsbeleid is het belangrijk om de toekomstige renteontwikkelingen te volgen. De rente van de Europese Centrale Bank, de herfinancieringsrente, staat momenteel 0%.
Het coronavirus houdt de wereldecomie in zijn greep. De voorzorgsmaatregelen om besmetting te voorkomen hebben verstrekkende gevolgen voor de economie. Ondanks recente versoepelingen kan het wel even duren voordat de economie is hersteld.
In augustus 2020 zijn de rentetarieven voor de 3-maands Euribor -0,48%. De rente voor 10-jaars leningen is eind augustus 2020 0,1%. De prognose van diverse banken is dat de rente, voor zowel de korte als de langlopende rente, voor het jaar 2021 zich op eenzelfde niveau zal handhaven. Gezien de financiële en politieke ontwikkelingen waar de wereld zich nog steeds in bevindt, en het coronavirus is de rust op de financiele markten er niet. Wij zullen de rente nauwlettend volgen, en door de spreiding van de aflossingen in de leningportefeuille zijn de renteschommelingen beheersbaar.
Renterisicobeheer
Het renterisico is het volume uitstaande schuld, dat in een jaar aan een renteherziening onderhevig is. In de wet FIDO zijn eisen gesteld aan het maximum aan renterisico, dit komt tot uitdrukking in de kasgeldlimiet (voor leningen met een looptijd tot 1 jaar) en de renterisiconorm (voor leningen met een looptijd vanaf 1 jaar). Deze normen bepalen de speelruimte voor de gemeente om verantwoordt en goedkoop te financieren.
Kasgeldlimiet
Het hulpmiddel om renterisico's op korte financiering te beperken is de kasgeldlimiet. Als referentiekader voor de bepaling van de kasgeldlimiet geldt het begrotingstotaal en een bij ministeriële regeling vastgesteld percentage voor gemeenten van 8,5%. Voor 2021 betekent dit een kasgeldlimiet van € 14,6 mln. Van deze limiet zal maximaal gebruik gemaakt worden, omdat doorgaans de tarieven voor het aantrekken van financieringsmiddelen voor de korte termijn lager zijn dan voor de lange termijn. Met de BNG is met ingang van 1 januari 2019 een nieuwe overeenkomst gesloten waar voor het debetsaldo op de rekening courant wordt gerekend met een tarief gebaseerd op de 1-mnds euribor met een opslag 0,15%. De gemeente kan € 7 mln. debet staan, hierover betaalt de gemeente 0,04% bereidstellingsprovisie. In de huidige markt kan tegen een lager tarief geld worden aangetrokken, waar naar verwachting en waar mogelijk gebruik van wordt gemaakt.
Renterisiconorm
Deze renterisiconorm houdt in dat in enig jaar niet meer dan 20% van het begrotingstotaal voor herfinanciering of renteherziening in aanmerking mag komen. De renterisiconorm wordt de komende jaren niet overschreden, dit komt door de spreiding van looptijden van de leningenportefeuille.
Ontwikkeling renterisiconorm *€1.000.000 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 |
---|---|---|---|---|
Totale begrotingstotaal | 174 | 177 | 185 | 185 |
Norm 20% | 35 | 35 | 37 | 37 |
Aflossing | 18 | 28 | 19 | 16 |
Renteherziening | 0 | 0 | 0 | 0 |
Ruimte onder de renterisiconorm | 17 | 7 | 19 | 21 |
Rente
De behoefte aan inzicht in de kosten op de taakvelden en de behoefte om de wijze van verantwoorden van rente in de begroting en jaarrekening te harmoniseren, hebben er toe geleid dat in het wijzigingsbesluit BBV is opgenomen, dat de rentekosten aan de desbetreffende taakvelden moet worden toegerekend met behulp van een (rente)omslag. Dit percentage wordt berekend door de totale boekwaarde van de bezittingen te delen door werkelijk betaalde rente. In onderstaand overzicht is een berekening opgenomen voor de begroting 2021. De renteomslag voor de begroting 2021 is afgerond 1,5%.
Berekening renteomslag | Begroting 2022 |
---|---|
Externe rentelasten korte en lange financiering | 2.945.237 |
af: Externe rentebaten | 211.258 |
Saldo rentelasten en rentebaten | 2.733.979 |
Aan grondexploitatie toe te rekenen rente (1,6%) | -1.158.672 |
Aan taakvelden toe te rekenen externe rente | 1.575.307 |
Rente over voorzieningen tegen contante waarde | 77.904 |
Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente | 1.653.211 |
Berekend % omslagrente (1.653 / 157.729) | 1,05% |
Te hanteren omslagrente | 1,50% |
Berekening renteresultaat | |
Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente | 1.653.211 |
Toe te rekenen rente (1.5% * € 157.729) | 2.365.938 |
Renteresultaat | 712.727 |
Leningportefeuille
De financieringspositie van de gemeente en de renteontwikkelingen op de kapitaalmarkt wordt nauwgezet gevolgd. Op basis hiervan wordt besloten op welke wijze de financiering (kort en lang geld) optimaal gerealiseerd kan worden. Tevens dient dit te passen binnen de normen, kasgeldlimiet en de renterisico. De gemeente werkt overigens met een systeem van totaalfinanciering. Dit betekent, dat géén relatie gelegd wordt tussen een bepaalde investering en de leningen die worden aangetrokken.
Onderstaand een overzicht van de ontwikkeling van de leningenportefeuille op basis van de liquiditeitsprognose. De basis voor de liquiditeitsprognose zijn de meerjarenbegroting 2021-2024, de (vervangings)investeringen en het basisscenario van de doorrekening grondbedrijf.
Langlopende leningen t.b.v eigen financiering * (€ 1.000.000) | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
---|---|---|---|---|
Verwachte stand per 1 januari | 180,3 | 164,1 | 145,4 | 124,4 |
aflossingen | 24,2 | 18,7 | 28,0 | 18,9 |
Reeds afgesloten forward lening | 8,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
Nieuw af te sluiten leningen | 0,0 | 0,0 | 7,0 | 3,0 |
Verwachte stand per 31 december | 164,1 | 145,4 | 124,4 | 108,5 |
Langlopende leningen t.b.v woningbouw * (€ 1.000.000) | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
Leningsaldo per 31 december | 4,3 | 4,3 | 4,3 | 4,3 |
Uit bovenstaande tabel blijkt dat de omvang van de langlopende leningportefeuille in de jaren afneemt. Dit komt doordat we de komende jaren verwachten dat we inkomsten ontvangen van de verkoop van gronden. Daarnaast zijn er weinig toekomstige investeringen gepland die gefinancierd moeten worden
De gemeente Middelburg beschikt over een rolloverlening met een variabele rente (3-maands Euribor), met een opslag van 4 basispunten. Om niet in strijd te komen met de wet FIDO moet het risico van sterk stijgende rente afgedekt zijn. Dit is gedaan met een CAP, dit is een verzekering tegen een rente boven een bepaald plafond. De banken verstrekken vooralsnog geen nieuwe offertes meer voor een Cap, dit naar aanleiding van het verscherpte toezicht rondom derivaten. De rolloverlening bedraagt op 1 januari 2021 € 37 miljoen. De looptijden van de rolloverlening variëren van 2022 (€ 10 miljoen), naar 2023 (€ 9 miljoen) tot 2024 (€ 18 miljoen). Als op het einde van de looptijd er geen voldoende eigen middelen beschikbaar zijn dan zullen er op de hiervoor aangegeven momenten nieuwe vaste geldleningen afgesloten moeten worden. In zijn algemeenheid geldt dat kortgeld, 3-maands Euribor, een lager percentage geeft dan een langlopende geldlening. Het gevolg is dat de flexibiliteit van een deel van de leningportefeuille verloren gaat en dat daarnaast te verwachten valt dat de rentekosten mogelijk een stijging te zien zullen geven.
Verstrekte leningen
Verstrekte geldleningen * (€ 1.000.000) | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 |
---|---|---|---|---|
Langlopende verstrekte leningen t.b.v. woningbouw | 4,3 | 4,3 | 4,3 | 0,0 |
Overige verstrekte leningen | 5,7 | 5,7 | 5,7 | 5,6 |
Gewaarborgde geldleningen
Gewaarborgde geldleningen * (€ 1.000.000) | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 |
---|---|---|---|---|
Woningbouw | 160,6 | 149,9 | 138,2 | 120,1 |
Overige verstrekte leningen | 12,7 | 11,9 | 11,1 | 10,3 |
De gewaarborgde geldleningen voor o.a. Woongoed zijn ondergebracht bij het Waarborgfonds Sociale Woningbouw waar deze een getrapt garantieniveau kent waarbij we als gemeente in derde aanleg deels risico lopen.
Schatkistbankieren
In de wet Houdbare overheidsfinanciën (wet HOF) is verplicht schatkistbankieren voor decentrale overheden ingevoerd. Dit houdt in dat gemeenten hun overtollige middelen bij het rijk moeten uitzetten. Hiemee wordt beoogd dat de staat minder geld leent op de financiële markten en de staatsschuld daalt. In het jaar 2021 zal de gemeente Middelburg geen gelden in de schatkist zetten.