Programma­begroting 2024

menu

Toelichting financiële positie

Uitgangspunten voor de (meerjaren)begroting

Bij het opstellen van de begroting 2024 en de meerjarenramingen 2025 tot en met 2027 is van het volgende uitgegaan:

Aantallen inwoners en woningen

2024

2025

2026

2027

Aantal inwoners per 1 januari

50.099

50.299

50.499

50.699

Uitbreiding aantal inwoners

200

200

200

200

Aantal woningen per 1 januari

24.744

24.914

25.084

25.254

Uitbreiding aantal woningen

170

170

170

270

Inflatiecorrectie budgetten

(mutaties zijn ten opzichte van de ramingen van het voorgaande jaar).

Budgetten

2024

2025

2026

2027

Prijsverhogingen/inflatiecorrectie

2,40%

2,40%

2,40%

1,90%

Prijsverhoging / Inflatiecorrectie nacalculatie sterke stijging inflatie

3,60%

-

-

-

Loonkostenstijging

4,20%

4,10%

3,90%

3,90%

Correctie loonstijging 2023

4,05%

-

-

-

Subsidies

3,30%

3,25%

2,90%

2,90%

Gemeenschappelijke regeling (VZG-norm)

3,40%

3,40%

3,40%

3,40%

Correctie (VZG-norm) 2023 biref VZG 14 maart 2023

4,50%

-

-

-

Rente nieuwe investeringen

3,00%

3,00%

3,00%

3,00%

Rente grondbedrijf

1,60%

1,60%

1,60%

1,60%

Verhoging tarieven belastingen

3,30%

3,25%

2,90%

2,90%

Verhoging tarieven overige inkomsten

3,30%

3,25%

2,90%

2,90%

Personeelslasten

Bij de raming van de loonkosten 2024 is uitgegaan van de in april 2023 definitiief vastgesteld CAO voor gemeenteambtenaren. Dit betekende dat de basis voor 2024 bijgesteld moest worden. In de begroting 2023 was rekening gehouden met 3,6% loonindex terwijl een doorrekening van deze nieuwe CAO aangeeft dat dit 7,65% had moeten zijn. De looptijd van deze CAO kent een looptijd van een jaar. Voor 2024 wordt rekening gehouden met een verwachte loonontwikkeling van 4,2% op basis van de meicirculaire 2023 (loonvoet sector overheid).

Prijsstijgingen

Het economische herstel uit de coronarecessie gaat gepaard met een aanzienlijke hogere inflatie (m.n. veroorzaakt door hoger energieprijzen). Hierdoor zijn de gehanteerde prijsverhogingen/inflatiecorrectie bij begroting 2023 te laag is ingeschat. In de kadernota 2024 - 2027 is rekening gehouden met een bijstelling van 3,6% op de budget 2023. Naast deze correctie wordt voor 2024 rekening gehouden met een prijsverhogingen van 2,4%. Per saldo wordt dus rekening gehouden met een verhoging van 6%. De stucturele extra prijsbijstelling voor de komende 4 jaar is gebaseerd op het 5 jaarlijks gemiddelde percentage van het Centraal Planbureau (CPB), het zogenoemde Centraal Economisch Plan (CEP) 2023.

Subsidies

De indexering van subsidies wordt gelijkgesteld aan het gemiddelde van de inflatiecorrectie en de loonstijging in enig jaar. Voor 2024 betekent dit 3,4%.

Gemeenschappelijke regelingen

Jaarlijks stelt de VZG een richtlijn op met een percentage voor de toegestane inflatiecorrectie op de gemeentelijke bijdrage aan gemeenschappelijke regelingen. Het Algemeen Bestuur van de VZG heeft besloten om de ”VZG-indexatierichtlijn”, de toegestane inflatiecorrectie voor de begroting 2023 van GR-en, te corrigeren met 4,5 %, tot in totaal 7,2 %. Deze aanpassing heeft structurele doorwerking met betrekking tot het opstellen van de GR-begrotingen 2024. De eerder vastgestelde VZG-richtlijn 2024 is vastgesteld op 3,4% en wordt voor de komende 4 jaar toegepast.

Rentelasten

Voor nieuwe investeringen die in het begrotingsjaar zullen plaatsvinden wordt rekening gehouden met een rente van 3,0%. De rentelasten voor investeringen die inmiddels zijn gerealiseerd wordt een (rente)omslag gehandteerd. Dit rentepercentage is een afgeleide van de te verwachte rentekosten op basis van onze leningportefeuille afgezet tegen de totale boekwaarde van de bezittingen. In parafgraaf financiering is dit nadere omschreven.

Grondbedrijf

Voor de toerekening van rente aan in exploitatie genomen grondcomplexen geldt een in het BBV voorgeschreven methode van rentetoerekening. Het aan het grondbedrijf toe te rekenen rentepercentage dient gelijk te zijn aan het gemiddelde rentetarief van de totale gemeentelijke leningportefeuille.

Tarieven belastingen en overige inkomsten

Voor verhoging van deze tarieven wordt uitgegaan van het gemiddelde van de inflatiecijfers van de verwachte loon- en prijsontwikkeling.

Arbeidskosten gerelateerde verplichtingen

Conform het BBV dienen eventuele reserveringen ten aanzien van vakantiegeld en –dagen niet te worden verantwoord als sprake is van zogenaamde arbeidsgerelateerde verplichtingen van gelijkblijvend niveau. Ten aanzien van de reservering vakantiedagen dient echter in het geval van een eventueel stuwmeer/spaarverlof wel een schuld opgenomen te worden op basis van artikel 44, lid 1a, BBV.

Investeringen

In de begroting wordt uitgegaan van een stand van de geactiveerde investeringen van circa 229 miljoen. Dit bedrag is inclusief ongeveer 53 miljoen dat is geïnvesteerd in projecten van het Grondbedrijf. Het bedrag van de geactiveerde investeringen genereert een kapitaallast van ruim 11,2 miljoen.

Financiering

Om investeringen te kunnen doen moet de gemeente in de meeste gevallen geld lenen. Voor wordt uitgegaan van een lening schuld van ca. 128 miljoen. De komende 3 jaren zal de schuld van de gemeente naar verwachting toenemen tot 159 miljoen 31 december 2027. De toename van deze schuld komt vooral door toekomstige investeringen, zoals restauratie Stadhuis, verbouw CSW en verduurzaming gemeentelijke panden. De boekwaarde van het grondbedrijf daalt in de komende 4 jaar met 20 miljoen, dit weegt niet op tegen de toekomstige investeringen zoals hierboven benoemd. Naast de leningen voor de gemeente is er nog ruim 4,3 miljoen aan leningschuld dat is doorgeleend aan derden. Deze lening loopt in 2026 af.

Balans per 31 december

Het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten legt de verplichting op om in de begroting een geprognotiseerde balans op te nemen.

T-2

T-1

T

T+1

T+2

T+3

Activa

31-12-2022

31-12-2023

31-12-2024

31-12-2025

31-12-2026

31-12-2027

(im) Materiële vaste activa

141.471

135.845

160.124

169.230

217.835

219.611

Financiële vaste activa: Kapitaalverstrekkingen

5.975

5.975

5.975

5.975

5.975

5.975

Financiële vaste activa: Leningen

4.290

4.290

4.290

4.290

0

0

Financiële vaste activa: Uitzettingen > 1 jaar

5.992

5.950

5.907

5.865

5.822

5.779

Totaal Vaste Activa

157.728

152.059

176.296

185.359

229.632

231.365

Voorraden: Onderhanden werk & Overige grond- en hulpstoffen

51.283

49.550

53.160

44.859

40.170

30.660

Voorraden: Gereed product en handelsgoederen & vooruitbetalingen

82

19

19

19

19

19

Uitzettingen <1 jaar

3.345

3.000

3.000

3.000

3.000

3.000

Liquide middelen

14.502

18.525

40

40

40

40

Overlopende activa

18.877

15.000

15.000

15.000

15.000

15.000

Totaal Vlottende Activa

88.089

86.094

71.219

62.918

58.229

48.719

Totaal Activa

245.817

238.153

247.515

248.277

287.861

280.084

Passiva

31-12-2022

31-12-2023

31-12-2024

31-12-2025

31-12-2026

31-12-2027

Eigen vermogen

60.195

57.804

63.808

71.399

72.658

74.489

Voorzieningen

32.165

34.228

36.896

26.716

26.422

26.564

Vaste schuld

130.308

122.536

127.513

130.254

168.700

159.252

Totaal Vaste Passiva

222.668

214.568

228.217

228.370

267.780

260.305

Vlottende schuld

5.433

5.585

1.298

1.907

2.081

1.779

Overlopende passiva

17.716

18.000

18.000

18.000

18.000

18.000

Totaal Vlottende Passiva

23.149

23.585

19.298

19.907

20.081

19.779

Totaal Passiva

245.817

238.153

247.515

248.277

287.861

280.084

Toelichting op de balans

(Im)materiële vaste activa

Onder de materiële vaste activa vallen de gronden en terreinen, (bedrijfs)gebouwen, grond-, weg- en waterbouwkundige werken, vervoervoermiddelen, machines en overige activa. De afname van de materiele vaste activa wordt veroorzaakt door de reguliere afschrijvingen. Hier worden ook de strategische gronden (grondbedrijf) verantwoord.

Financiële vaste activa

Deze categorie bestaat uit verstrekte geldleningen en deelnemingen aan andere organisaties.

Voorraden

Dit betreft voornamelijk de in exploitatie genomen grondcomplexen. Indien een verlies op een exploitatie wordt verwacht, vindt correctie plaats door middel van vorming van een voorziening die wordt gevormd op contante waarde waarbij de disconteringsvoet gelijk is een het maximale meerjarig streefpercentage van de Europese Centrale Bank voor de inflatie binnen de Eurozone. Dit is 2%.

Eigen vermogen (reserves) en voorzieningen

Een specificatie van het verwachte verloop van de reserves en voorzieningen is opgenomen aan het eind van dit hoofdstuk.

Vaste schuld

Dit betreft de door de gemeente aangetrokken langlopende geldleningen. De afname in de verdere jaren wordt met name veroorzaakt doordat de grondpositie afneemt op basis van de het basisscenario van de doorrekening grondbedrijf.

Stand van zaken Reserves en Voorzieningen

Het belangrijkste verschil tussen reserves en voorzieningen is dat de raad bij de reserves een grote mate van vrijheid heeft om de bestemming van de reserves te wijzigen. Zolang de gemeenteraad de bestemming van geoormerkt geld kan veranderen is er sprake van een bestemmingsreserve. De reserves worden dan ook gerekend tot het eigen vermogen van de gemeente.

Bij voorzieningen ligt de besteding vast, en is er sprake van concrete verplichtingen. Voorzieningen worden gerekend tot het vreemde vermogen van de gemeente. In onderstaande tabel wordt de stand en het verloop van de reserves en voorzieningen weergegeven.

Overzicht reserves en voorzieningen

(bedragen x 1.000)

Saldo 31 december 2023

Rente toev.

Overige toev.

Onttrek.

Saldo 31 december 2024

Rente toev.

Overige toev.

Onttrek.

Saldo 31 december 2025

Reserves

Algemene Reserve

29.210

3.210

8.336

24.084

150

24.234

Reserve Transitoria

10.500

3.000

7.500

7.500

Reserve Grondbedrijf

3.338

156

8.083

11.577

169

690

12.436

Afschrijvingsreserve

3.689

210

3.479

222

3.257

Reserve Participatiefonds

12

12

0

0

Reserve GBE aqua B.V.

4.703

4.703

4.703

Reserve Klimaatgelden

2.928

2.700

228

228

Reserve Decentralisaties

3.425

1.887

1.538

996

542

Reserve investeringsfonds

0

10.700

0

10.700

7.800

0

18.500

Totaal

57.804

156

21.993

16.145

63.808

169

8.640

1.218

71.399

Voorzieningen

Voorziening Wethouderspensioenen

5.053

275

232

5.096

275

241

5.129

Voorziening Wachtgelden

62

31

31

31

0

Voorziening Spaarverlof

729

729

729

Voorziening Onderhoud gebouwen

2.080

2.476

3.126

1.430

2.513

2.635

1.309

Voorziening Onderhoud Civiele kunstwerken

1.662

465

501

1.626

472

493

1.605

Voorziening Familiegraf Polak

5

5

5

Voorziening Rioolbeheer

7.461

3.282

2.650

8.093

3.387

2.826

8.654

Voorziening precario Enduris

5.095

5.095

5.095

Voorziening Grondbedrijf

13.027

6.650

6.377

135

6.242

Voorziening Dubieuze debiteuren Soc. Zaken

45

45

45

Voorziening Dubieuze debiteuren

984

116

120

980

116

120

976

Voorziening Tariefstelling afvalstoffenheffing

639

334

305

161

144

Voorziening Wegen

3.147

1.700

4.847

800

4.047

Voorziening Stadhuis

8.296

1.343

9.639

9.639

0

Totaal

48.285

0

9.658

13.644

44.298

0

6.763

17.081

33.980

Totaal reserves en voorzieningen

106.089

156

31.651

29.789

108.106

169

15.403

18.299

105.379

(bedragen x 1.000)

Saldo 31 december 2025

Rente toev.

Overige toev.

Onttrek.

Saldo 31 december 2026

Rente toev.

Overige toev.

Onttrek.

Saldo 31 december 2027

Reserves

Algemene Reserve

24.234

24.234

24.234

Reserve Transitoria

7.500

7.500

7.500

Reserve Grondbedrijf

12.436

151

1.330

13.917

148

1.905

15.970

Afschrijvingsreserve

3.257

222

3.035

222

2.813

Reserve Participatiefonds

0

0

0

Reserve GBE aqua B.V.

4.703

4.703

4.703

Reserve Klimaatgelden

228

228

228

Reserve Decentralisaties

542

542

542

Reserve investeringsfonds

18.500

0

18.500

0

18.500

Totaal

71.399

151

1.330

222

72.658

148

1.905

222

74.489

Voorzieningen

Voorziening Wethouderspensioenen

5.129

275

251

5.153

275

261

5.167

Voorziening Wachtgelden

0

0

0

Voorziening Spaarverlof

729

729

729

Voorziening Onderhoud gebouwen

1.309

2.551

2.444

1.416

2.551

2.460

1.507

Voorziening Onderhoud Civiele kunstwerken

1.605

479

503

1.581

479

387

1.673

Voorziening Familiegraf Polak

5

5

5

Voorziening Rioolbeheer

8.654

3.484

2.941

9.197

3.581

2.837

9.941

Voorziening precario Enduris

5.095

5.095

5.095

Voorziening Grondbedrijf

6.242

1.302

4.940

1.910

3.030

Voorziening Dubieuze debiteuren Soc. Zaken

45

45

45

Voorziening Dubieuze debiteuren

976

116

120

972

116

120

968

Voorziening Tariefstelling afvalstoffenheffing

144

144

0

0

Voorziening Wegen

4.047

800

3.247

800

2.447

Voorziening Stadhuis

0

0

0

Totaal

33.980

0

6.905

8.505

32.380

0

7.002

8.775

30.607

Totaal reserves en voorzieningen

105.379

151

8.235

8.727

105.038

148

8.907

8.997

105.096

Berekende EMU-saldo

T-1

T

T+1

x 1000,-

2023

2024

2025

Omschrijving

Volgens realisatie tot en met sept. 2023, aangevuld met raming resterende periode

Volgens begroting 2024

Volgens meerjarenraming in begroting 2024

1, Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c)

-11.388

2.555

10.141

2. Mutatie (im)materiële vaste activa

-5.626

24.279

9.105

3. Mutatie voorzieningen

2.063

2.667

-10.179

4. Mutatie voorraden (incl. bouwgronden in exploitatie)

-1.796

3.610

-8.301

5. Verwachte boekwinst bij verkoop effecten en verwachte boekwinst bij verkoop (im)materiële vaste activa

-

-

-

Berekend EMU-saldo

-1.903

-22.667

-842

Download pdf