Programma­begroting 2025

menu

Toelichting financiële positie

Uitgangspunten voor de (meerjaren)begroting

Bij het opstellen van de begroting 2025 en de meerjarenramingen 2026 tot en met 2028 is van het volgende uitgegaan:

Aantallen inwoners en woningen

2025

2026

2027

2028

Aantal inwoners per 1 januari

50.190

50.423

50.657

50.890

Uitbreiding aantal inwoners

234

234

234

234

Aantal woningen per 1 januari

25.138

25.308

25.478

25.748

Uitbreiding aantal woningen

170

170

270

270

Inflatiecorrectie budgetten

(mutaties zijn ten opzichte van de ramingen van het voorgaande jaar).

Budgetten

2025

2026

2027

2028

Prijsverhogingen/inflatiecorrectie

2,00%

2,00%

2,00%

2,00%

Loonkostenstijging

4,90%

4,30%

4,40%

3,80%

Correctie loonstijging 2023

0,87%

-

-

-

Subsidies

3,45%

3,15%

3,20%

2,90%

Gemeenschappelijke regeling (VZG-norm)

3,90%

3,50%

3,60%

3,20%

Rente nieuwe investeringen

3,25%

3,25%

3,25%

3,25%

Rente grondbedrijf

1,50%

1,50%

1,50%

1,50%

Verhoging tarieven belastingen

3,45%

3,15%

3,20%

2,90%

Verhoging tarieven overige inkomsten

3,45%

3,15%

3,20%

2,90%

Personeelslasten

Voor de berekening van de loonkosten 2025 en verder sluiten we aan bij Prijs overheidsconsumptie: beloning werknemers, zoals opgenomen in de bovengenoemde Macro Economische Verkenning 2024 (hierna MEV - zie link).

De nieuwe cao-onderhandeling zijn eind vorig jaar afgerond. De looptijd is 15 maanden (1 januari 2024 t/m 31 maart 2025) met een loonafspraak van 4,75% per 1 januari 2024 en 1,25% per 1 oktober 2024. Op basis van deze afspraak kan de werkelijke loonkostenstijging voor 2024 worden vastgesteld op 5,07%. Dit betekent dat de loonstijging in 2024 bij de begroting (4,2%) iets te laag is geweest. Het verschil 0,87% zal meegenomen worden in de bepaling van de loonkosten 2025.

Prijsstijgingen

Bij dit kerngetal wordt uitgegaan van de beschikbare percentages voor de ontwikkeling van de Prijs Overheidsconsumptie, netto materieel, zoals opgenomen in de MEV.

Subsidies

De indexering van subsidies wordt gelijkgesteld aan het gemiddelde van de inflatiecorrectie en de loonstijging in enig jaar. Voor 2025 betekent dit 3,45%.

Gemeenschappelijke regelingen

Voor de GR’en wordt jaarlijks een richtlijn opgesteld door de VZG. Deze richtlijn gaat uit van een toegestane inflatie/looncorrectie in de GR-begroting 2025 van 3,9%.

Rentelasten nieuwe leningen

Het rentepercentage voor nieuwe investeringen wordt voor 2024 ingeschat op 3,25%. Hierbij is rekening gehouden met de lange termijn rentevisie van de BNG.

Tarieven belastingen en overige inkomsten

Voor verhoging van deze tarieven wordt uitgegaan van het gemiddelde van de inflatiecijfers van de verwachte loon- en prijsontwikkeling.

Arbeidskosten gerelateerde verplichtingen

Conform het BBV dienen eventuele reserveringen ten aanzien van vakantiegeld en –dagen niet te worden verantwoord als sprake is van zogenaamde arbeidsgerelateerde verplichtingen van gelijkblijvend niveau. Ten aanzien van de reservering vakantiedagen dient echter in het geval van een eventueel stuwmeer/spaarverlof wel een schuld opgenomen te worden op basis van artikel 44, lid 1a, BBV.

Investeringen

In de begroting wordt uitgegaan van een stand van de geactiveerde investeringen van circa 231 miljoen. Dit bedrag is inclusief ongeveer 51 miljoen dat is geïnvesteerd in projecten van het Grondbedrijf. Het bedrag van de geactiveerde investeringen genereert een kapitaallast van ruim 11,1 miljoen.

Financiering

Om investeringen te kunnen doen moet de gemeente in de meeste gevallen geld lenen. Voor wordt uitgegaan van een lening schuld van ca. 101 miljoen. De komende 3 jaren zal de schuld van de gemeente naar verwachting toenemen tot 153 miljoen 31 december 2028. De toename van deze schuld komt vooral door toekomstige investeringen, zoals restauratie Stadhuis, verbouw CSW en verduurzaming gemeentelijke panden. De boekwaarde van het grondbedrijf daalt in de komende 4 jaar met 27 miljoen, dit weegt niet op tegen de toekomstige investeringen zoals hierboven benoemd. Naast de leningen voor de gemeente is er nog ruim 4,3 miljoen aan leningschuld dat is doorgeleend aan derden. Deze lening loopt in 2025 af.

Balans per 31 december

Het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten legt de verplichting op om in de begroting een geprognotiseerde balans op te nemen.

T-2

T-1

T

T+1

T+2

T+3

Activa

31-12-2023

31-12-2024

31-12-2025

31-12-2026

31-12-2027

31-12-2028

(im) Materiële vaste activa

136.741

134.457

149.052

172.469

202.734

225.579

Financiële vaste activa: Kapitaalverstrekkingen

11.114

20.697

20.697

20.697

20.697

20.697

Financiële vaste activa: Leningen

4.290

4.290

0

0

0

0

Financiële vaste activa: Uitzettingen > 1 jaar

5.950

8.308

10.665

13.022

12.980

12.937

Totaal Vaste Activa

158.095

167.751

180.414

206.189

236.410

259.212

Voorraden: Onderhanden werk & Overige grond- en hulpstoffen

48.236

55.913

51.097

46.612

34.239

24.305

Voorraden: Gereed product en handelsgoederen & vooruitbetalingen

65

19

19

19

19

19

Uitzettingen <1 jaar

2.259

3.000

3.000

3.000

3.000

3.000

Liquide middelen

41.434

13.000

3.040

40

40

40

Overlopende activa

15.527

12.000

12.000

12.000

12.000

12.000

Totaal Vlottende Activa

107.520

83.932

69.156

61.671

49.298

39.364

Totaal Activa

265.616

251.683

249.570

267.860

285.708

298.576

Passiva

31-12-2023

31-12-2024

31-12-2025

31-12-2026

31-12-2027

31-12-2028

Eigen vermogen

82.768

90.513

91.758

88.357

89.939

91.568

Voorzieningen

36.740

38.441

32.692

27.389

26.774

24.823

Vaste schuld

122.544

97.921

101.292

124.039

138.897

153.387

Totaal Vaste Passiva

242.052

226.875

225.742

239.785

255.610

269.778

Vlottende schuld

5.983

6.808

5.828

10.075

12.098

10.798

Overlopende passiva

17.581

18.000

18.000

18.000

18.000

18.000

Totaal Vlottende Passiva

23.564

24.808

23.828

28.074

30.099

28.798

Totaal Passiva

265.616

251.683

249.570

267.860

285.708

298.576

Toelichting op de balans

(Im)materiële vaste activa

Onder de materiële vaste activa vallen de gronden en terreinen, (bedrijfs)gebouwen, grond-, weg- en waterbouwkundige werken, vervoervoermiddelen, machines en overige activa. De afname van de materiële vaste activa wordt veroorzaakt door de reguliere afschrijvingen. Hier worden ook de strategische gronden (grondbedrijf) verantwoord.

Financiële vaste activa

Deze categorie bestaat uit verstrekte geldleningen en deelnemingen aan andere organisaties.

Voorraden

Dit betreft voornamelijk de in exploitatie genomen grondcomplexen. Indien een verlies op een exploitatie wordt verwacht, vindt correctie plaats door middel van vorming van een voorziening die wordt gevormd op contante waarde waarbij de disconteringsvoet gelijk is een het maximale meerjarig streefpercentage van de Europese Centrale Bank voor de inflatie binnen de Eurozone. Dit is 2%.

Eigen vermogen (reserves) en voorzieningen

Een specificatie van het verwachte verloop van de reserves en voorzieningen is opgenomen aan het eind van dit hoofdstuk.

Vaste schuld

Dit betreft de door de gemeente aangetrokken langlopende geldleningen.

Stand van zaken Reserves en Voorzieningen

Het belangrijkste verschil tussen reserves en voorzieningen is dat de raad bij de reserves een grote mate van vrijheid heeft om de bestemming van de reserves te wijzigen. Zolang de gemeenteraad de bestemming van geoormerkt geld kan veranderen is er sprake van een bestemmingsreserve. De reserves worden dan ook gerekend tot het eigen vermogen van de gemeente.

Bij voorzieningen ligt de besteding vast, en is er sprake van concrete verplichtingen. Voorzieningen worden gerekend tot het vreemde vermogen van de gemeente. In onderstaande tabel wordt de stand en het verloop van de reserves en voorzieningen weergegeven.

Overzicht reserves en voorzieningen

(bedragen x 1.000)

Saldo 31 december 2024

Rente toev.

Overige toev.

Onttrek.

Saldo 31 december 2025

Rente toev.

Overige toev.

Onttrek.

Saldo 31 december 2026

Reserves

Algemene Reserve

32.121

11.400

20.721

150

775

20.096

Reserve Transitoria

7.500

4.000

3.500

3.500

0

Reserve Grondbedrijf

12.751

1.084

13.835

1.446

15.281

Afschrijvingsreserve

3.562

2.070

222

5.410

3.000

222

8.188

Reserve GBE aqua B.V.

18.945

18.945

18.945

Reserve Klimaatgelden

3.392

3.392

3.392

Reserve Decentralisaties

1.517

414

1.431

500

500

0

Reserve investeringsfonds

10.725

16.800

2.070

25.455

3.000

22.455

Totaal

90.513

0

20.368

19.123

91.758

0

4.596

7.997

88.357

Voorzieningen

Voorziening Wethouderspensioenen

4.738

281

281

4.738

286

292

4.732

Voorziening Wachtgelden

16

16

0

0

Voorziening Spaarverlof

1.317

300

350

1.267

200

250

1.217

Voorziening Vervroegd Uittreden RVU

16

16

0

0

Voorziening Onderhoud gebouwen

3.390

3.154

3.720

2.824

2.690

2.836

2.677

Voorziening Onderhoud Civiele kunstwerken

1.825

481

493

1.813

491

503

1.802

Voorziening Familiegraf Polak

5

5

5

Voorziening Rioolbeheer

8.093

3.357

2.826

8.624

3.471

2.941

9.154

Voorziening precario Enduris

5.095

5.095

5.095

Voorziening Grondbedrijf

5.517

964

4.553

87

4.640

Voorziening Dubieuze debiteuren Soc. Zaken

45

45

45

Voorziening Dubieuze debiteuren

828

119

125

822

122

125

819

Voorziening Tariefstelling afvalstoffenheffing

0

0

0

Voorziening Wegen

4.307

800

3.507

800

2.707

Voorziening Stadhuis

9.639

4.820

4.819

4.819

0

Totaal

44.831

0

7.692

14.411

38.112

0

7.347

12.566

32.893

Totaal reserves en voorzieningen

135.344

0

28.060

33.534

129.870

0

11.943

20.563

121.250

(bedragen x 1.000)

Saldo 31 december 2026

Rente toev.

Overige toev.

Onttrek.

Saldo 31 december 2027

Rente toev.

Overige toev.

Onttrek.

Saldo 31 december 2028

Reserves

Algemene Reserve

20.096

20.096

20.096

Reserve Transitoria

0

0

0

Reserve Grondbedrijf

15.281

1.804

17.085

1.851

18.936

Afschrijvingsreserve

8.188

5.050

222

13.016

5.000

222

17.794

Reserve GBE aqua B.V.

18.945

18.945

18.945

Reserve Klimaatgelden

3.392

3.392

3.392

Reserve Decentralisaties

0

0

0

Reserve investeringsfonds

22.455

5.050

17.405

5.000

12.405

Totaal

88.357

0

6.854

5.272

89.939

0

6.851

5.222

91.568

Voorzieningen

Voorziening Wethouderspensioenen

4.732

292

304

4.721

298

316

4.703

Voorziening Wachtgelden

0

0

0

Voorziening Spaarverlof

1.217

200

250

1.167

200

250

1.117

Voorziening Vervroegd Uittreden RVU

0

0

0

Voorziening Onderhoud gebouwen

2.677

2.742

3.138

2.281

2.795

4.345

732

Voorziening Onderhoud Civiele kunstwerken

1.802

387

503

1.686

511

543

1.653

Voorziening Familiegraf Polak

5

5

5

Voorziening Rioolbeheer

9.154

3.595

2.837

9.912

3.759

3.260

10.411

Voorziening precario Enduris

5.095

5.095

5.095

Voorziening Grondbedrijf

4.640

3.065

1.575

31

1.606

Voorziening Dubieuze debiteuren Soc. Zaken

45

45

45

Voorziening Dubieuze debiteuren

819

124

125

818

127

125

820

Voorziening Tariefstelling afvalstoffenheffing

0

0

0

Voorziening Wegen

2.707

800

1.907

800

1.107

Voorziening Stadhuis

0

0

0

Totaal

32.893

0

7.340

11.022

29.212

0

7.721

9.639

27.294

Totaal reserves en voorzieningen

121.250

0

14.194

16.294

119.151

0

14.572

14.861

118.862

Berekende EMU-saldo

T-1

T

T+1

x 1000,-

2024

2025

2026

Omschrijving

Volgens realisatie tot en met sept. 2024, aangevuld met raming resterende periode

Volgens begroting 2025

Volgens meerjarenraming in begroting 2026

1, Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c)

655

4.514

939

2. Mutatie (im)materiële vaste activa

-2.284

14.595

23.417

3. Mutatie voorzieningen

1.701

-5.749

-5.302

4. Mutatie voorraden (incl. bouwgronden in exploitatie)

7.631

-4.816

-4.485

5. Verwachte boekwinst bij verkoop effecten en verwachte boekwinst bij verkoop (im)materiële vaste activa

-

-

-

Berekend EMU-saldo

-2.991

-11.015

-23.296

Download pdf